448. Wie is 't?
Den Haag
Woensdag, 18-10-2017.
-----
Heel goed gekleed als echte heer,
Gaat hij het leven door.
Als je met ‘m over vrouwen praat,
Grijnst hij van oor tot oor.
Hij zegt dat hij geen partner heeft,
Geen vrouw, geen man, geen mens.
Leeft solitair klaarblijkelijk:
Misschien naar eigen wens.
-----
Maar hij staat vast aan Hollands top!
Als rechtse politieke man
Regeert hij hier met vaste hand;
Kan hij daar echt wat van!?!
-----
Raakt hij dan nooit eens van de wijs?
Uiterlijk zeker nooit.
Toch wel misschien, wanneer het volk
Tomaten naar hem gooit
En hem met pek en veren tooit!
----
De helft van ’t volk in Nederland
Staat achter deze heer!
De and’re helft moet hem echt niet!
Dat doet hem toch wel zeer!
-----
Hebt U van dit duidelijk’ relaas
Geen lettertje gemist,
Van links naar rechts of verticaal,
Vertel dan eens: Wie is ‘t?
-----
En weet U nu het antwoord niet,
Het staat toch in dit verhaal,
’t Begin van coupletten twee en drie,
Maar dan wel verticaal.
-----
Crödde van Niessel