Pionnen onder de Preekstoel 44

> Categorie: Pionnen onder de Preekstoel Gepubliceerd: zondag 27 maart 2011

… De agent achter haar aan, dat maakte het geheel tot een wilde achtervolging. Nieuwsgierige motelgasten bleven staan en keken. Ze stoven naar buiten, de burgemeester en de politieman, ze holden de parkeerplaats over naar haar auto. Zij opende de deur, wilde achter het stuur springen, maar een hand hield haar tegen. Ze liep om naar de andere deur, begon er wild aan te rukken. Mark opende hem aan de binnenkant. Ze sprong in de wagen.

 “Snel naar huis!” riep ze, terwijl de tranen haar over de wangen rolden en langs de ambtsketen afdrupten.

Mark verstond haar geluk en hij knikte. Golven van liefde stuwden wild kolkend door zijn gemoed …, maar hij beheerste zich en zette rustig de wagen in zijn eerste versnelling. Door de zon overgoten straten reed hij de burgemeester naar haar woning. De garagedeuren stonden al open, zodat hij de auto meteen naar binnen rijden kon. Zij gunde hem nauwelijks tijd de motor af te zetten, opende het portier, wilde snel uitstappen, maar de gordel belette dat. Even bleef ze in dwarse houding zitten. Toen draaide ze, glimlachend door haar tranen, terug in haar stoel.

Ook hij bleef zitten, terwijl hij zijn hand over haar rugleuning legde en stil lachend naar haar betraande gezicht keek.

“Dat was me een ervaring!” zei de burgemeester . – Hij legde zijn vinger op  haar lippen. “Ssst, niets zeggen … . U spreekt nog steeds als burgemeester”.

Hij wees op haar ambtsketen. “Met mijn uniform aan ben ik de ambtenaar met opsporingsbevoegdheid. Wees dus voorzichtig met Uw ontboezemingen. Alles wat U zegt, kan tegen U gebruikt worden”.

Nu schaterde ze: “Functies, oh, wat doen die te kort aan de menselijkheid … . Gaat U even mee naar binnen, niet in functie … , even wat drinken!”

“Als het geen wijn of een ander geestrijk vochtje is, graag”, zei Mark.

“Niet meer nodig … , U bent er”, antwoordde zij ernstig.

Ze stapten uit en gingen door een binnendeur naar de hal van het herenhuis, wat de ambtswoning was van deze burgemeester.

Toen Mark zijn pet op de monumentale kapstok leggen wilde, wees zij op zijn uniformjas: “Zo blijft U ambtenaar met opsporingsbevoegdheid”. Haar ogen schitterden van pret toen ze het zei.

Hij wees op haar ambtspenning met ooievaarswapen: “Zo blijft U burgemeester”, en hij nam de ketting van haar hals en hing die aan de kapstok. Het leek hem alsof hij haar lier aan de wilgen hing. Toen trok hij zijn jas uit en hing hem ernaast.

“Nu ben jij een vrouw, maar ik nog een ambtenaar in zomertenue; dat klopt niet”, lachte hij. Vragend keek zij hem aan. Langzaam knoopte hij zijn das los, zijn blik voortdurend op haar gericht … . Aanmoedigend knikte ze … Hij knoopte zijn zwarte lage schoenen los …, trok ze uit …, zette ze onder de kapstok…, … . Lachend keek zij toe, haar handen op de rug … .

De rest wordt met de mantel der ware liefde bedekt …. . Het is immers niet te beschrijven! 

Ze hadden heerlijk bij elkaar gelegen, wetend dat ze voor elkaar bestemd waren … .

Toen maakte zij zich los uit zijn omhelzende ligging en zong: “Nu ga ik koffie zetten”. 

Aan zijn hand trok ze hem mee naar het terras achter de woonkamer. Ze duwde hem in een gemakkelijke tuinstoel op de grens van schaduw en licht, keek toen genietend naar hem en zei: “Oh, wat was ik gelukkig toen jij je uniform aan de kapstok hing …, man, wat ben ik gelukkig!!” Toen ging ze naar de keuken.

Tien minuten later kwam ze weer naar buiten, in gele bikini, een blad met twee koppen koffie in de handen. Ze zette het op het witte tuintafeltje, liet zich recht tegenover hem in een tuinstoel vallen, pal in de zon. Alles was brons aan haar. Zwijgend dronken ze haar koffie en aten haar appelgebak … . …

 

Wij gebruiken één cookie, die essentieel is voor het functioneren van deze website. Lees meer: Privacy & cookies.

  Ik accepteer deze cookie.
EU Cookie Directive plugin by www.channeldigital.co.uk