Pionnen onder de Preekstoel 69

> Categorie: Pionnen onder de Preekstoel Gepubliceerd: zondag 24 april 2011

BEKENTENIS

 

 

Na een onstuimig weekend zwermden de zesentwintig medewerksters van “PION” opnieuw uit over het land, nu twee aan twee het motel zoekend waar zij veertien dagen opgeleid en getraind zouden worden in het bedieningsvak om hun taak als gastvrouwen in het ontspanningscentrum optimaal te kunnen vervullen. Ada Weekamp, Bob de Vree en Karel Rosman zaten op maandag de achttiende augustus, nadat zij zich op de hoogte gesteld hadden van de bouwvorderingen in hun kerk, op Bobs terras te overleggen hoe er gehandeld worden moest om de gepleegde wervingsactiviteiten maximaal gehonoreerd te krijgen. Er was koffie en zon.

 

“Voor we over de voortzetting van de werkzaamheden praten, vraag ik jullie aandacht voor een ander probleem”, zei Bob.

“En dat is?” vroeg Ada.

“Pi Boerstra, Bert van Bommel en Leen Pruim. Zij zijn min of meer buiten hun schuld bij onze zaak betrokken geraakt en hebben belangrijke gegevens voor de justitie achtergehouden. Ik vind dat hun passieve aandeel verborgen moet blijven. Hoe denken jullie daarover?”

“Dat probleem lijkt me gemakkelijk op te lossen”, zei Karel. “Die agenten vermeld je immers niet met hun namen in onze stukken. Hun dames zijn via de gang en de tuin ontkomen. Ze zien elkaar voor het eerst weer op de openingsdag van ons centrum. Dat zij elkaar dan onmiddellijk herkennen, lijkt me normaal. Wat er daarna volgt, is niet strijdig met de logica”. Hij maakte een omhelzend gebaar, zo zwijmelend teder, dat Ada in een onbedaarlijke lach schoot. En weer ernstig: “Met Pi en Mark ligt het moeilijker”. Nu schoot Bob in de lach.

“Wat is er?” vroeg ze. “Niets, ga door”, zei hij.

Schouderophalend keek ze de lachende heren aan, ging verder: “Als wij Pi willen sparen, moeten we Mark wegwerken”. De heren keken verwachtingsvol naar haar. “Hij heeft nooit deelgenomen aan onze acties, was geen nepagent, was dus niet op de receptie, kende Pi daarvòòr al een hele tijd, werkte bij ‘Gala De Vree’, maar nam zelf tijdig ontslag om naar nieuwe mogelijkheden uit te zien. Hij wist van niets, ergo Pi weet van niets. Karel heeft haar van de receptie van de ambassadeur van hoe-heet-het-ook-al-weer naar huis begeleid, want die minister was er immers niet. Bovendien gingen de industrieboss en Pi na elkaar weg. Niemand herinnert zich verder de juiste gang van zaken, alleen de ingewijden”.

In één adem had ze het eruit gegooid; triomfantelijk monsterde ze de beide heren.

 

Karel reageerde het eerst: “Er is, geloof ik, geen speld tussen te krijgen. Mark wijst Pi bij de voorbereidingen voor hun huwelijk op dat aardige dorpje met zijn intieme gemeentehuis en op die vriend, die in zijn kerkgebouw zo gloedvol vanaf de kansel zijn gehoor weet te boeien. Zij voelt wel voor een bezoek aan dat kerkje. Pas tijdens hun bruidsdagen horen zij van de grote ommekeer welke in dat bedrijf plaatsvindt, en dat de opening van het nieuwe centrum uitgerekend valt op de dag van hun huwelijk. Heerlijk… , wat een bruiloft!” juichte Karel.

“En dat is dan ook het enige verband tussen het huwelijk van Pi en onze “PION””, lachte Bob. “Er moet toch wel zoiets als zegen op onze zaak rusten, als je ziet hoe alles in ons voordeel in elkaar past. … Ada, bel jij Pi en Mark op, want het was jouw idee Mark uit de administratie te stoten en de opengevallen plaats door Karel in te laten nemen”.

Pi stond meteen op om naar binnen te gaan en de waterdichte oplossing aan Pi en Mark door te geven. …

 
 

Wij gebruiken één cookie, die essentieel is voor het functioneren van deze website. Lees meer: Privacy & cookies.

  Ik accepteer deze cookie.
EU Cookie Directive plugin by www.channeldigital.co.uk